Duik
370 richting wrak "de Noordzee". Watertemperatuur 17 graden en de
boven water temperatuur is nog 22 graden. Gezien het tij word het een avondduik
en moeten om 19.00 te water. De spullen worden in orde gemaakt en het bootje te
water gelaten. Vandaag gaan er nog 2 duikers mee uit Duitsland. Markus en
Ditte. Zij hebben de boot in Westkapelle te water gelaten en we varen samen
naar de Noordzee II. Ruim op tijd komen we eraan en gaan dreggen ( met het anker
over de bodem krabbend ) op zoek naar de Noordzee II. We hebben hem snel
gevonden en zitten met het anker vast op het stuurhuis. Roel gaat
als eerste naar beneden en kijkt of het anker goed is geborgt. Dit om te
voorkomen dat als het tij keert het anker losspoeld. Ikzelf, Markus en Ditte
dalen ook af en we maken onze rail vast aan die van Roel. Zo is het heel relaxt
om heerlijk over het wrak te duiken. Met een diepte van max 8 meter is het lang
uit te houden. Wat vooral opvalt is de grote hoeveelheid boompjesslakken. In
alle maken. Het hele wrak is mooi begroeid met anjelieren in
verschijdene kleuren.
Er zit redelijk wat vis in het wrak dit is mooi om te zien
want het zicht is goed. We kijken zo 3 meter weg. Dit hebben we lange tijd niet
gehad. Als het middag zou zijn geweest en de zon er recht op staat is de
hele Noodzee goed te zien. We volgen de rail verder en komen de eerste slakdolf
tegen. Tot nu toe vind ik het een visje wat altijd zo heerlijk blijft
zitten voor de camera maar ik heb deze keer minder geluk. Misschien omdat het
later op de dag is en ze wat actiever worden dat weet ik niet, maar ik
krijg ze moeilijk op de foto. We zwemmen weer een stukje verder en een
grote kreeft kijkt ons aan. De hoofdkrabben zijn hier ook van groot formaat en
eigenlijk altijd traag. In totaal komen we 4 slakdolfjes tegen in verschillende
kleuren. Ik heb tot nu toe nog nooit zo veel slakdolven gezien. Over het
algemeen is het een visje wat je maar af en toe tegenkomt. Het zijn mooie
kleine visjes met een maximale grote van 18 cm.
Na
70 minuten begin ik het koud te krijgen en gaan we naar boven. Weer een duikje
om op te schrijven en reden genoeg om terug te gaan.
Ik zal nog een
beschrijving geven van een slakdolf.
De
Slakdof ( in oude nederlandse boeken ook krinkbuik) genoemd. In het latijns de
Liparis Liparis. Het is een kleine zoutwatervis die maximaal. 18 cm wordt. De
buikvinnen zijn vergroeit tot een ronde zuigschijf vandaar de naam kringbuik.
Hun eten bestaat voornamelijk uit garnalen, vlokreeften en kleine vissen. De
slakdolf is herkenbaar aan zijn karakteristieke houding met de staart opzij en
naar voren geklapt en lig op hard substraat. Deze soort is in staat om zijn
kleuren en patronen binnen korte tijd te wisselen of aan te passen aan zijn
ondergrond. Als je een oranje rode slakdof tegenkomt is dit een mannetje in
paringstijd.
DD Astrid